De mannen en vrouwen van '97: Erik Hulzebosch
Het verhaal van Erik Hulzebosch laat zich in eerste instantie lezen als een jongensboek. Op school wil het niet zo lukken bij Hulzebosch. Hij voelt dat hij onder aan de maatschappelijke ladder staat. Maar als hij zijn benen laat spreken legt hij anderen het zwijgen op. Op vijftienjarige leeftijd rijdt hij in 1985 illegaal op de kaart van zijn broer de Elfstedentocht. Drie jaar later wint hij op skeelers de Elfstedentocht. Zijn naam wordt in 1993 bij het grote publiek bekend als hij door de jury als nipte winnaar wordt aangewezen van het NK marathon op natuurijs in Maasland. Daar staat hij na afloop de NOS te woord in plat Saksisch, een mengeling van Overijssels en Drents. Voor het oog van de camera neemt hij een paar flinke slokken uit een fles Berenburg. Hulzebosch neemt geen blad voor de mond en verloochent zijn afkomst nooit.
Vier jaar later start hij als een van de grote favorieten in de Elfstedentocht van 1997. Een paar dagen eerder heeft hij de Hollands-Venetiëtocht gewonnen door in de sprint Yep Kramer en Henk Angenent te verslaan. Op de NK natuurijs in Ankeveen een dag later wordt hij tiende.
Tot tien meter voor de finish in de Elfstedentocht lijkt er voor Hulzebosch niets aan de hand om zijn droom in vervulling te laten gaan. Vlak voor Bartlehiem wordt duidelijk dat de winnaar gaat komen uit een groep van vijf rijders. Mocht het op een sprint uitkomen, dan lijkt Hulzebosch de beste papieren te hebben.
Wie de beelden terugkijkt ziet dat Hulzebosch onrustig is in de finale van de wedstrijd. Hij schudt veel met zijn hoofd en moet met zijn korte prikslag af en toe flink aan de bak om de aansluiting in de groep te behouden. Op het keiharde glij-ijs zijn de rijders met een lange slag (Angenent en Kleine) in het voordeel. Het wordt een eindsprint en die is ook nog eens met de wind in de rug. ‘Hulzebosch of Angenent, het wordt Angenent’. Het verhaal is bekend.
Hulzebosch is zwaar teleurgesteld met zijn tweede plaats, maar in de weken na de Elfstedentocht gloort er iets nieuws voor hem. Hij blijkt ook nog eens heel behoorlijk te kunnen zingen en in korte tijd is hij een veel gevraagde artiest geworden in het schnabbelcircuit. Als ik in 2016 na een gesprek met Hulzebosch door het Vechtdal naar huis rijd, dringen zijn woorden nog eens goed door:
“De mensen zeggen vaak tegen mij dat ik aan mijn tweede plaats financieel veel meer heb overgehouden dan Henk Angenent. Dat klopt, maar de mensen realiseren zich niet dat ik jarenlang 150.000 kilometer per jaar heb gereden om ongeveer 400 optredens per jaar in het hele land te verzorgen. Soms deed ik wel tien optredens op een dag. In die hoogtijdagen had ik twee managers in dienst om mijn planning te verzorgen. Op het dashboard van mijn auto lag een A4’tje met de plekken waar ik volgens een strak schema naar toe moest. Dit kon een optreden zijn om te zingen, een opening van een winkel of als scheidsrechter bij een touwtrekwedstrijd. Je kon het zo gek niet bedenken. Ik zorgde ervoor dat ik er altijd pas vijf minuten van tevoren op de plaats van bestemming was. Anders nemen de mensen volkomen beslag van je en dat houd je niet vol. Dan zong ik een aantal nummers en dan snel de auto weer in op weg naar een volgend optreden. Op een parkeerplaats onderweg trok ik dan snel even droge kleren aan. Het kwam ook wel voor dat ik onderweg in het holst van de nacht in bijvoorbeeld Zeeland stond en echt niet meer wist waar ik heen moest van vermoeidheid. Overdag trainde ik dan ook nog honderd kilometer op de fiets of op de skeelers.”
Ik moest denken aan het verhaal van de clown en zijn lach, een verhaal met meerdere kanten. Het verhaal van Hulzebosch is inmiddels ook - na vijfentwintig jaar geen Elfstedentocht - dat de media niet langer bij hem moet aankloppen als het over de Elfstedentocht gaat - maar vooral bij de jongens en meiden van nu als de temperaturen ooit weer eens flink onder nul duiken. Het verhaal van Hulzebosch heeft steeds meer lading gekregen.
MH
Erik Hulzebosch
Leeftijd in 1997: 27 jaar
Woonplaats: Loozen
Ondernemer
Getrouwd, twee kinderen
Erik:
“Op de startkaart van mijn broer heb ik in 1985 de Elfstedentocht gereden. Ik was toen veertien jaar oud. Van mijn vader had ik schaatsen geleend die twee maten te groot waren, en ik ben zelf met de trein naar Leeuwarden gegaan. Onderweg zat ik ergens even uit te rusten en hoorde ik dat Evert van Benthem de Elfstedentocht had gewonnen. Dat de Elfstedentocht ook een wedstrijd is, wist ik eigenlijk geeneens. Dat mijn leven later radicaal zou veranderen door de Elfstedentocht kon ik toen niet vermoeden. In 1985 werd ik van school gestuurd, op school was ik niet te handhaven. Met schaatsen en skeeleren kon ik mij uitleven en dat hield bij op de been. Mijn eerste grote sportieve succes was het winnen van de Elfstedentocht op skeelers. Later werd ik kraanmachinist en combineerde ik dat met marathonschaatsen en skeeleren.
Een week voor de Elfstedentocht heb ik Henk Angenent geklopt in de sprint bij de Holland-Venetië tocht. Nu waren de rollen omgedraaid. Na de finish baalde ik enorm van mijn tweede plaats. Inmiddels heb ik er vrede mee. Henk was die dag de sterkste. De mensen zeggen vaak tegen mij dat ik aan mijn tweede plaats financieel veel meer heb overgehouden dan Henk Angenent. Dat klopt, maar de mensen realiseren zich niet dat ik jarenlang 150.000 kilometer per jaar heb gereden om ongeveer 400 optredens per jaar in het hele land te verzorgen. Soms deed ik wel tien optredens op een dag. In die hoogtijdagen had ik twee managers in dienst om mijn planning te verzorgen. Op het dashboard van mijn auto lag een A4’tje met de plekken waar ik volgens een strak schema naar toe moest. Dit kon een optreden zijn om te zingen, een opening van een winkel of als scheidsrechter bij een touwtrekwedstrijd. Je kon het zo gek niet bedenken. Ik zorgde ervoor dat ik er altijd pas vijf minuten van tevoren op de plaats van bestemming was. Anders nemen de mensen volkomen beslag van je en dat houd je niet vol. Dan zong ik een aantal nummers en dan snel de auto weer in op weg naar een volgend optreden. Op een parkeerplaats onderweg trok ik dan snel even droge kleren aan. Het kwam ook wel voor dat ik onderweg in het holst van de nacht in bijvoorbeeld Zeeland stond en echt niet meer wist waar ik heen moest van vermoeidheid. Overdag trainde ik dan ook nog honderd kilometer op de fiets of op de skeelers. Ik ben veranderd. Dat kan in mijn optiek haast niet anders. Tussen mij en Henk Angenent is geen enkele wrevel zoals soms graag door anderen gesuggereerd wordt. We hebben andere karakters, meer is het niet.
De mensen die luchtkastelen verkopen pik er zo uit. In mijn topsporttijd was mediabelangstelling heel belangrijk om een goede sponsor te krijgen. Als je niks te melden hebt voor de camera maak je het er niet makkelijker op voor jezelf. Je ziet het ik praat ook hier (thuis) in dialect en met een accent. Ik ben zoals ik ben. In 2007 wilde ik nog een keer vlammen door te proberen om Popstars (proberen) te winnen. Toen dat slaagde was het opnieuw raak en kon ik overal optreden. Voor de meeste tv optredens bedank ik tegenwoordig. Ik geef vooral presentaties voor ondernemersclubs. Topsport is ook ondernemen. Veel ondernemers hebben het moeilijk. Vanuit mijn sportervaring houd ik vaak een praatje en vertel over de achtergrond van mijn succes. De keerzijde van je bekendheid is dat het een enorme impact heeft op je privéleven. Niet alleen voor jezelf, maar ook voor mijn vrouw en kinderen. Er is een tijd geweest dat er touringcars met groepen mensen voor mijn huis stopten en wildvreemden aanbelden om een handtekening. Als je topsporter bent kan je dit goed handelen, maar je wordt ouder en dan wordt het lastiger om hiermee om te gaan. Veel geld hebben is overigens niet alles. Het is rijkdom als je geen vijanden hebt en met iedereen goed door een deur kan. Dat lukt mij ook goed. Het schaatsen volg ik langs de zijlijn. De generatie die mij kent van het schaatsen is inmiddels van middelbare leeftijd of ouder. De jeugd heeft de laatste Elfstedentocht niet bewust meegemaakt en voor hen ben je echt niet meer interessant. Dat begrijp ik heel goed. Je ziet mij niet meer bij De Wereld Draait Door aanschuiven bij de eerste nachtvorst. Pas als er een serieuze kans is op het doorgaan van een Elfstedentocht wil ik het nog weleens overwegen.
Comments